Terug naar zoekresultaten

2.27.157 Inventaris van de archieven van het Sociaal en Cultureel Planbureau en aanverwante commissies, (1970) 1973-2000 (2008)

Het archief bevat vergaderstukken, correspondentie en stukken inzake diverse (onderzoeks)projecten ontvangen en opgemaakt door het Sociaal en Cultureel Planbureau, over de periode 1973-2000. De archieven van de ambtelijke voorportalen bevatten voorbereidingsbesluiten voor de onderraden van de ministerraad.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.27.157
Inventaris van de archieven van het Sociaal en Cultureel Planbureau en aanverwante commissies, (1970) 1973-2000 (2008)

Auteur

Doc-Direkt

Versie

11-02-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2019 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Sociaal en Cultureel Planbureau
SCP

Periodisering

archiefvorming: 1973-2000
oudste stuk - jongste stuk: 1970-2008

Archiefbloknummer

X63

Omvang

; 771 inventarisnummer(s) 22,00 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten. Geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief, Den Haag

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Sociaal en Cultureel Planbureau Begeleidingscommissie Sociaal en Cultureel Planbureau Interdepartementale Coördinatiecommissie Welzijnsbeleid Commissie Sociaal en Cultureel Beleid Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs, , 1971-1990, , 1990-2002, , 2002-2006

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat vergaderstukken, correspondentie en stukken inzake diverse (onderzoeks)projecten ontvangen en opgemaakt door het Sociaal en Cultureel Planbureau, over de periode 1973-2000. De archieven van de ambtelijke voorportalen bevatten voorbereidingsbesluiten voor de onderraden van de ministerraad.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Voorgeschiedenis
In de jaren vijftig van de twintigste eeuw groeide de behoefte aan sociaal-wetenschappelijke kennis bij de voorbereiding van overheidsbeleid. In 1959 werd op verzoek van de Sociaal-Wetenschappelijke Raad van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen een adviescommissie ingesteld die deze behoefte nader onderzocht. Als vervolgstap installeerde de minister van Onderwijs en Wetenschappen in 1968 de Commissie Voorbereiding Onderzoek Toekomstige Maatschappijstructuur (Commissie-De Wolff), die zich boog over de vraag welke organisatiestructuur tot de gewenste integratie van wetenschap en beleid zou kunnen leiden. Deze commissie adviseerde tot de instelling van een raad voor de integrale planning van het overheidsbeleid en – in antwoord op toenemende zorgen over de effecten en grenzen van de welvaartsgroei – een planbureau dat specifiek zou opereren op het terrein van maatschappelijk en cultureel welzijn. Het eerste is uiteindelijk de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) geworden en het tweede het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).
In de jaren zeventig drong de zogenaamde kritische bestuurskunde door in de gelederen, welke ambtenaren meer beleidsvrijheid schonk. Ofschoon door het tanende geloof in de maakbaarheid van de samenleving de overheid terughoudender gebruik maakte van traditionele instrumenten als regelgeving en planning, bleven de grote planorganen – zij het in een klimaat van opeenvolgende bezuinigingen – wel bestaan. Met de opkomst van de zogenaamde moderne bestuurskunde in de jaren tachtig verschoof de vraagstelling naar de invloed van actoren op beleid in een gedecentraliseerd of gefragmenteerd systeem van machten, doelen, belangen en actoren. Als gevolg kwamen in de discussie over de staatkundige, bestuurlijke en staatsrechtelijke vernieuwing ook de positie en taken van de planbureaus ter sprake. In reactie op een aanbeveling van de Commissie-Wiegel, die de planbureaus een rol als kennisleverancier toekende, institutionaliseerden de directeuren van het CPB, het RIVM, de RPD en het SCP hun overleg.
Sociaal en Cultureel Planbureau (1973-)
Na voorbereidende werkzaamheden door vertegenwoordigers van het Centraal Planbureau, de Rijksplanologische Dienst en de ministers uit de Welzijnsraad werd op 30 maart 1973 per koninklijk besluit het Sociaal en Cultureel Planbureau ingesteld. Waar het Centraal Planbureau direct na de oorlog was ingesteld ten behoeve van de coördinatie van de wederopbouw, was het SCP nauw verbonden met de uitbouw van de verzorgingsstaat. Tot 1982 ressorteerde het SCP onder de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM). In het daarop volgende decennium viel het onder de verantwoordelijkheid van de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) en vanaf 1995 onder de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De minister voert overleg over het SCP-beleid met de overige betrokken ministers op een bepaald deelterrein.
De taken van het SCP, die worden uitgevoerd op basis van een tweejaarlijks werkprogramma dat door de Ministerraad wordt goedgekeurd, worden in het instellingsbesluit als volgt benoemd:
  1. Het verrichten van wetenschappelijke verkenningen met het doel te komen tot een samenhangende beschrijving van de situatie van het sociaal en cultureel welzijn hier te lande en van de op dit gebied te verwachten ontwikkelingen;
  2. Het bijdragen aan een verantwoorde keuze van beleidsdoeleinden, benevens het aangeven van voor- en nadelen van de verschillende wegen om deze doeleinden te bereiken;
  3. Het verwerven van informatie met betrekking tot de uitvoering van interdepartementaal beleid op het gebied van sociaal en cultureel welzijn, teneinde de evaluatie van deze uitvoering mogelijk te maken.
De hieruit volgende rapportages, adviezen en evaluaties dienen ter informering van de beleidsmakers van de rijksoverheid. Belangeloosheid en onafhankelijkheid is het fundamentele uitgangspunt van waaruit het SCP haar activiteiten ontplooit. Derhalve zijn SCP-medewerkers vaak aangesteld vanuit of in de academische wereld en besteedt het SCP geregeld onderzoek uit aan universiteiten of onderzoeksinstellingen. Daarnaast mogen in de keuze van onderzoeksthema's specifieke politieke of departementale belangen niet doorslaggevend zijn. Als gevolg is onderzoek veelal anti-sectoraal en gericht op veronachtzaamde maatschappelijke kwesties.
Tot een van de permanente taken van het SCP behoort het vervaardigen van het Sociaal en Cultureel Rapport (SRC). In dit tweejaarlijkse rapport wordt de situatie van de Nederlandse bevolking en het beleid op sociaal en cultureel terrein beschreven. Ook gaat het rapport in op het overheidsbeleid in algemene zin, veranderingen in het openbaar bestuur, de politieke participatie van burgers en hun opvattingen over het functioneren van de overheid.
Elk jaar wordt in juni op verzoek van de Tweede Kamer de publicatie ‘Sociale en Culturele Verkenningen’ uitgebracht. Hierin worden actuele kerngegevens betreffende sociale en culturele veranderingen en een terreinverkenning van beleidsontwerpen die op de politieke agenda staan of daarop binnenkort zullen verschijnen. Ten behoeve van deze publicaties voert het SCP vierjaarlijks het Aanvullend Voorzieningengebruik Onderzoek (AVO) uit. Dit onderzoek bestaat uit een enquête over het gebruik van voorzieningen in de sfeer van onderwijs, zorg, sociale zekerheid, politie en justitie, openbaar vervoer, cultuur, wonen, vorming en recreatie (de zogenaamde quartaire sector).
In haar beleidsondersteunende en adviserende functie is de directeur van het SCP lid van enkele onderraden van het kabinet en is het bureau vertegenwoordigd in interdepartementale coördinatiecommissies (voorportalen), waaronder de Interdepartementale Coördinatiecommissie Welzijnsbeleid (ICW), in 1990 opgevolgd door de Commissie Sociaal en Cultureel Beleid (CSCB) en in 2002 door de Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (CZWO). Deze commissies, waarvan het SCP het secretariaat voerde, vormden de zogenoemde ambtelijke voorportalen voor de onderraad, dat wil zeggen, de ministerraadvergadering waar de meest direct betrokken ministers en staatssecretarissen wetsvoorstellen en nota’s op het gebied van in dit geval zorg, welzijn en onderwijs bespraken en afhandelden.
Begeleidingscollege Sociaal en Cultureel Planbureau (1973-)
Het Begeleidingscollege adviseert het SCP over het werkprogramma en de inhoud van het Sociaal en Cultureel Rapport (SCR). In het college zitten leden op persoonlijke titel, afgevaardigden van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, de wetenschappelijke bureaus van de politieke partijen, het Centraal Planbureau, de Rijksplanologische Dienst, het Centraal Bureau voor de Statistiek, ambtenaren van de betrokken ministeries, het Inter Provinciaal Overleg en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Deze samenstelling dient de pluriformiteit en belangenbehartiging van het college te waarborgen.
Interdepartementale Coördinatiecommissie Welzijnsbeleid (1972-1990)
De Interdepartementale Coördinatiecommissie Welzijnsbeleid (ICW) had primair tot taak de eenheid van het regeringsbeleid op welzijnsterrein te bevorderen. De commissie kon hiertoe zelfstandig initiatieven nemen, die zowel betrekking konden hebben op het verder ontwikkelen van het beschikbare instrumentarium als op het doen van voorstellen voor een bepaald (interdepartementaal) beleidsterrein. In het verlengde van de algemene taakopdracht van de ICW lag de voorportaalfunctie voor de Welzijnsraad, dat wil zeggen, de voorbereiding van de vergaderingen van de betrokken onderraad en de toetsing van beleidsvoornemens aan de samenhang in het beleid op welzijnsterrein en de hoofdlijnen van het kabinetsbeleid zoals bijvoorbeeld vastgelegd in regeringsprogramma of (interdepartementale) begrotingstoelichting.
De ICW werd halverwege 1990 opgeheven en vervangen door de Commissie Sociaal en Cultureel Beleid (CSCB). De nieuwe commissie ging in september van datzelfde jaar van start onder leiding van een onafhankelijke voorzitter. Het secretariaat bleef bij het SCP berusten.
Commissie Sociaal en Cultureel Beleid (1990-2002)
De Commissie Sociaal en Cultureel Beleid (CSCB), het ambtelijk voorportaal van de Raad voor het Sociaal en Cultureel Beleid (RSCB), werd door de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur in 1990 ingesteld, met als taak de vergaderingen van de RSCB voor te bereiden, alsmede adviezen uit te brengen ter bevordering van de eenheid in het regeringsbeleid op sociaal en cultureel terrein. Zij verviel met de instelling van de Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (CZWO), maar is formeel pas per 31 december 2004 opgeheven.
Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (2002-2006)
De Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (CZWO) werd per 23 augustus 2002 door de ministerraad ingesteld als het ambtelijk voorportaal van de Raad voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (RZWO). De Raad bereidde de besluiten voor van de ministerraad over sociaal-cultureel beleid, welzijn, jeugdbeleid, sport, zorg en volksgezondheid, primair en voortgezet onderwijs, cultuur en emancipatie. De minister van VWS en OCW waren de coördinerende ministers van de RZWO. Begin februari 2007 werd deze commissie door de ministerraad opgeheven.
Bronnen
  • ‘Geschiedschrijving van de toekomst. Een onderzoek naar instituties en handelingen met betrekking tot de algemene wetenschappelijke voorbereiding van het Regeringsbeleid, (1892) 1945-1996’, PIVOT-rapport nr. 52 (Den Haag, 1997).
  • Koninklijk Besluit van 30 maart 1973, houdende instelling van een Sociaal en Cultureel Planbureau (Stb. 175). Gewijzigd bij: K.B. van 29 november 1979 (Stb. 778), K.B. van 28 juni 1983 (Stb. 741), K.B. van 8 maart 1974 tot wijziging van artikel 8 (Stb. 187), K.B. van 30 augustus 1974 tot wijziging van de artikelen 1 en 8 (Stb. 552), K.B. van 29 november 1979 tot wijziging van de artikelen 1 en 8 (Stb. 778), K.B van 28 juni 1983 tot wijziging van de artikelen 1 en 8 (Stb. 741), K.B. van 4 maart 1992 tot wijziging van de artikelen 4 en 11.
  • Instellingsbeschikking nr. ICW-U 1834 van 2 december 1985 van de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, in overeenstemming met het gevoelen van de Raad van Ministers.
  • Jaarverslagen ICW 1984-1990.
  • Instellingsbeschikking Commissie Sociaal en Cultureel Beleid van 17 juli 1990 van de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur.
  • ‘Coördinatie op hoog niveau. Institutioneel onderzoek naar de ministeriële coördinatieorganen en de ambtelijke voorportalen, 1945-1990’ (Den Haag, 1992).
  • ‘Naar kerndepartementen. Kiezen voor een hoogwaardige en flexibele rijksdienst’, rapport van de vierde externe commissie staatkundige, bestuurlijke en staatsrechtelijke vernieuwing (Commissie-Wiegel), 24 juni 1993.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief is in eigen beheer gevormd en in 2010 vanuit Steenbergen overgebracht naar de voormalige Centraal Archief Selectiedienst. In 2012 is dit bestand aangevuld.
De verwerving van het archief
Het archief is in 2019 door Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het archief vormt de neerslag van taken die aan het Sociaal en Cultureel Planbureau en de begeleidingscommissie van het SCP waren toegewezen (rubriek A). Het bevat onder meer series vergaderstukken, agenda's en notulen van werkgroepen, projecten en commissies, correspondentie en stukken inzake onderzoeken op het terrein van onder meer cultuur, bestuur, samenleving, onderwijs, arbeid en welzijn. De dossiers bevatten doorgaans niet de definitieve publicaties van onderzoeksresultaten. Deze kunnen worden gevonden op de SCP-website (www.scp.nl/publicaties).
Daarnaast bevat dit blok stukken van de ambtelijke voorportalen Interdepartementale Coördinatiecommissie Welzijnsbeleid (ICW), Commissie Sociaal en Cultureel Beleid (CSCB) en Commissie voor Zorg, Welzijn en Onderwijs (CZWO). Het betreft hier de neerslag van de totstandkoming van voorbereidingsbesluiten van de ministers van VWS en OCW in de ministerraad, vergaderstukken en correspondentie en stukken inzake de organisatie (rubriek B).
Selectie en vernietiging
De selectie van de neerslag van de handelingen van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de onder hem ressorterende actoren heeft plaatsgevonden aan de hand van de volgende vastgestelde selectielijsten en handelingen:
  • BSD 001.13: Coördinatie algemeen regeringsbeleid vanaf 1945, Stct. 2009, nr. 53
  • BSD 015.12: Rijksbegroting, Stct. 1998, nr. 142 en geactualiseerd Stct. 2006, 17
  • BSD 045.14: Rijkshuisvesting, Stct. 2007, nr. 142
  • BSD 053.10: Algemene Wetenschappelijke Beleidsvoorbereiding, Stct. 2011, nr. 15086
  • BSD 053.11: Algemene Wetenschappelijke Beleidsvoorbereiding, Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en Begeleidingscollege van het SCP, Stct. 1999, nr. 22, handelingen nummers 140, 154, 155, 156, 157, 159, 164, 167 en 169
  • BSD 077.13: Personeelsinformatievoorziening en -administratie, Stct. 2007, nr. 225, geactualiseerd Stct. 2007, nr. 245
  • BSD 092.12: Overheidsinformatievoorziening, Stct. 2003, nr. 202
  • BSD 143.12: Organisatie van de Rijksoverheid, Stct. 2005, nr. 245, geactualiseerd Stct. 2007
  • BSD 168.12: Formatiebeleid, arbeidsmarktbeleid en personeelsontwikkeling en mobiliteit, Stct. 2007, nr. 225, geactualiseerd Stct. 2007, nr. 145
Aanvullingen
Voor dit archief worden geen aanvullingen verwacht.
Verantwoording van de bewerking
Als basis voor de bewerking werd een Archiefbewerkingsplan opgesteld, dat in november 2013 werd ondertekend door Doc-Direkt, het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Nationaal Archief.
De omvang van het archief vóór aanvang van de bewerking was 28,125 meter. Na de bewerking is het te bewaren gedeelte overgebracht naar het Nationaal Archief. Van het te vernietigen gedeelte is een vernietigingslijst opgesteld en aan het Sociaal en Cultureel Planbureau ter goedkeuring voorgelegd.
Alle stukken zijn van nietjes, plakband en overige hechtmiddelen ontdaan en verpakt in zuurvrije omslagen en zuurvrije archiefdozen. Ze zijn daarna genummerd volgens de inventaris. De omslagen en dozen zijn voorzien van etiketten. Van de te vernietigen stukken zijn vernietigingslijsten opgesteld en deze zijn aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport overgedragen.
Ordening van het archief
De stukken zijn grotendeels chronologisch geordend.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Voor zover bekend zijn er geen beperkingen krachtens het Auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, nummer toegang 2.27.157, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, SCP, 2.27.157, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing.
Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Niet van toepassing.
Verwante archieven
  • Inventaris van het archief van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (1910) 1965 - 1982 (1990) [NA 2.27.19]

Bijlagen

Niet van toepassing.

Archiefbestanddelen